He et al. 2016 bestudeerden een sparrenbos op afgewaterde vruchtbare veengrond gedurende 60 jaar in Skogaryd, Zweden. Gedurende deze periode werd 60 kg CO2 m-2 vastgelegd in bomen, maar  97 kg m-2 uitgestoten naar de atmosfeer. Het jonge bos was gedurende 39 jaar na kappen een bron van koolstof, en pas daarna werd het een koolstofput. De veengrond was ook een bron voor lachgas (N2O) en hierdoor blijft het bos eenbron van broeikasgassen. Als het bos wordt gekapt na 80 jaar komt de vastgelegde koolstof weer vrij, in het bijzonder als de biomassa gebruikt wordt voor producten met een korte levensduur zoals papier. Lees het hele artikel in Biogeosciences.

Comments are closed